Aangenaam

Aangenaam.

Eigenlijk een beetje zo'n onopvallend woord binnen onze taal.

Niet opvallend veel gebruikt.

Maar eigenlijk wel gewoon mooi.

Aangenaam:

Een positief gevoel oproepend.

Aanlokkelijk.

Prettig voor de zintuigen.

Zodat men het graag ondervindt.

Behaaglijk.

Een woord om van te houden dus.

Er zat genoeg aangenaams in mijn dag.

Gistermorgen bij het wakker worden hoorde ik grutto's!

In mijn wijkje zie je niet zoveel soorten vogels,

kauwen en mussen daargelaten.

Kauwen in ieder geval het hele jaar.

Maar het ligt wel aan de rand van de polder.

In de ochtend grutto's horen is een cadeautje voor mij!

Heel aangenaam dus.

Er wachte mij een afspraak en werk in Utrecht.

Het lied van 'mijn vriend' de Nieuwegrachtse merel blijft ook aangenaam.

Voor jullie misschien niet meer,

nu hij hier voor de zoveelste keer langskomt.

Maar ik blijf er blij van worden!

Als je dan na de stadse drukte en het OV thuiskomt,

's avonds laat,

is het heel aangenaam thuiskomen in je eigen bubbel.

Boeken die wachten,

nog even lezen op de bank met een muziekje.

Moe of niet,

toch nog even achter de draaischijf om het werk van gisteren af te draaien.

De hele buurt naar bed,

alles is stil.

De regen buiten ruist naar beneden.

Mijn iemiemienie atelier is ontploft,

dat is zo gepiept in een kleine overvolle ruimte,

maar zo achter de draaischijf in de rust en stilte,

luisterend naar de regen,

is het ronduit aangenaam.

Je kunt niet zonder slaap en ook mijn bed hoort bij het aangename gelukkig.

Maar het liefst zou ik er zijn blijven zitten en verder werken.

Die vlieger gaat natuurlijk niet op.

Het aangename verdient ook vandaag weer zijn kansen en die zijn met genoeg slaap een stuk groter.

Aangename dag vandaag!

Tot morgen en liefs,

Nelleke